9
Untitled (Dubai) 2009 110x260cm

De natuur fotograferen, reportages maken over de romantiek en de schoonheid ervan, Gerco de Ruijter (Vianen, 1961) had er tijdens zijn technische studie aan de Haagse School voor Fotografie (1981-’84) al twijfels over. De aanschaf van het boek Fotograferende vliegers bij vliegerwinkel Vliegerop in Den Haag zou een beslissend moment in zijn kunstenaarschap blijken. Dat bracht hem op het idee om de structuur en gelaagdheid van het landschap in beeld te brengen. Vanuit de lucht. Zijn opleiding tot beeldend kunstenaar vervolgde hij in 1988 aan de avondopleiding van de Willem de Kooning Academie. Abstract schilderen was toen de trend. Bij De Ruijter begon dat meestal zonder plan met het aanbrengen van strepen, waarbij hij het doek voortdurend kantelde. Blijkbaar was hij in zijn abstracte schilderingen toch op zoek naar enige werkelijkheid. Ter inspiratie gebruikte hij onderwerpen van luchtfoto’s. Voor een deel maakte hij die zelf, met een simpel wegwerpcameraatje aan een vlieger. De eierwekker die hij daaraan had vast geknutseld drukte voor hem af. Het schilderen naar luchtfoto’s beviel hem, als het echter op verfijnde details aankwam, ging het hem minder goed af. Dat minpuntje bracht hem wel terug bij de fotografie. Als ‘schilderende’ fotograaf beëindigde Gerco de Ruijter cum laude zijn studie, met een opmerkelijke serie kleine zwart-witfoto’s (12 x 12 cm), luchtopnames die een nieuwe werkelijkheid van de natuur boden. Het minimale formaat dwong de kijker om onderwerp en detail van varende zeilboten, zonnebadende personen, grazende koeien of overscherende zwanen met meer dan doorsnee-aandacht te bestuderen. De kunstenaar in spe won er meteen de Rotterdamse Drempelprijs mee. Bij Heden waren we er in 1993 vroeg bij, we verwierven drie opnames uit deze serie. Gerco de Ruijter zouden we intensief blijven volgen, hetgeen leidde tot een opdracht om in de Vinex-wijk Ypenburg de nieuwe stedelijke ontwikkeling van Den Haag te volgen. Tevens werkte Gerco in 2007 enkele maanden als artist in residence in de Indonesische buitenplaats van Heden in Yogyakarta.

11. Untitled 1992 12x12cm 12. Untitled 1993 12x12cm
Untitled 1992 12x12cm (l)
Untitled 1993 12x12cm (r)

Gerco de Ruijter maakt beelden in vogelvluchtperspectief door camera’s met een vlieger de lucht in te sturen. Zo kan hij, in de illusie zelf door het luchtruim te zweven, boven de aarde experimenteren met het oog van de camera die hem vanuit de lucht vele vervreemdende en verwarrende beelden stuurt. Mede door de geringe hoogte waarop de foto’s worden genomen, tussen veertig en tachtig meter, geven ze een wonderlijke vertekening van het landschap dat ons vanaf de grond zo vertrouwd is. Naar wat de camera precies registreert moet Gerco een slag slaan, hoe schaal en perspectief precies uitpakken kan hij slechts vermoeden. Pas later in zijn studio laat hij zich verrassen door de fotografische realiteit en de compositie van het beeld. En daarna kunnen wij ons als kijker verbazen over verhouding en maat van de onderwerpen, die maar weinig houvast geven. Voor Gerco de Ruijter moet het toeval een grote rol spelen. ‘Gelukkig maar, als je alles al van tevoren weet, waarom zou je de foto dan nog maken?’, zei hij erover. Curieus, deze kunstenaar die niet ziet wat hij maakt en vindt dat de camera zijn zichtveld eigenlijk beperkt. Maar die na zoveel jaar vliegeren inmiddels wel weet wat hij ongeveer kan verwachten als de camera boven een Hollandse polder, een akker, bollen- of maïsveld, waterplas, duinenpartij of anderszins hangt. En tevens zo bedreven is in het sturen, laten vieren of het inhalen van zijn vlieger. Het is vooral de beleving van de natuur, rust, stilte en afzondering die Gerco de Ruijter het landschap in drijft. Als knaap was hij al lid van een jeugdnatuurbond, van jongs af trok hij de natuur in om vogels en planten te bestuderen. Vliegeren en fotograferen blijken in het DNA van de De Ruijters te zitten. Zijn vader, leraar biologie, was een fervent vliegeraar, vooral ’s zomers aan het strand van Bakkum, waar het gezin een strandhuisje placht te huren. Hij nam Gerco op jonge leeftijd al mee de weilanden in, om er vogels te filmen.

3 7
Baumschule #13 2009 110x110cm (l)
Nieuwe Bildtzijl 2009 uit Toevallig Landschap 80x80cm (r)

De kunst van Gerco de Ruijter maakt de constructie van het gecultiveerde landschap van Nederland zichtbaar: natuurlijk arboretum, gedrapeerde en gevarieerde grondpatronen in rijk geschakeerde kleuren. Bouwwerken in een stedelijke omgeving tref je ook wel eens op de foto’s aan, al lijkt dat vooral in opdracht gemaakt werk te betreffen. De panoramafoto’s die de kunstenaar in 2003 boven het Haagse Ypenburg maakte, bieden bijvoorbeeld een mooie kijk op de bebouwing van een Vinex-locatie in ontwikkeling. Menselijke figuren ontwaar je hoogst zelden op zijn foto’s, en dan voornamelijk op vroeger werk: aardbeienplukkers, schaduwen van paardrijders, en tekens die mensen achterlaten: maai- en tractorsporen of bomen die gereed liggen om ingeplant te worden. Soms is de menselijke maat af te lezen aan sporen, bijvoorbeeld de afdrukken van voeten in de rijstvelden op Java. Maar een beeld met mensen is hem eigenlijk te anekdotisch. Ook horizonnen, en blauwe of bewolkte luchten zijn natuurlijk niet te zien, die kan hij nooit voor de lens krijgen wanneer hij vanuit de lucht loodrecht naar beneden fotografeert.

19 4
Ypenburg 2003 84x200cm (l)
Landing Soon (Yogyakarta) 2007 (r)

De kunst van Gerco de Ruijter beweegt zich op de grens tussen abstract en wat lijkt op een fysieke werkelijkheid. Landschappen scant hij op strakke vormen en geometrische patronen, de herkenning ervan probeert hij tot een minimum terug te brengen. Bij de definitieve selectie van zijn foto’s is hij streng op de compositie, waarin hij geometrische vormen en abstracte beelden wil terugzien. Een hoge mate van abstractie bereikt hij door afbeeldingen te kantelen, en die vierkant af te drukken. De Ruijter is bij uitstek geïnteresseerd in formele aspecten en het onderzoek naar de mate waarin je een landschap kunt abstraheren. De desoriëntatie van het niet (direct) te herkennen landschap, het ontregelen ervan en het kleur- en lijnenspel zijn voor hem essentiële uitgangspunten. Zo’n foto van een wit besneeuwde zandbank in een zwarte spiegel van donker water doet op het eerste gezicht aan een abstract schilderij denken waar de verf in dikke vegen op ligt. Zou je wuivende maiskolven vermoeden op een grijs-blauwe akker, die door strakke lijnen doorsneden is? Of zijn het aspergeheuvels? En wie kan verzinnen dat al die putjes in het wit de afdrukken zijn van een groep ganzen, die even in de sneeuw was neergestreken? Het wekt geen verbazing dat het lijnenspel van Mondriaan Gerco de Ruijter op het spoor heeft gezet de abstractie in zijn werk te zoeken. In de tentoonstelling Permanent Kwadraat, in 2011 in Schiedam, ging zijn fotografie geheel natuurlijk een dialoog aan met kunstenaars als Ad Dekkers en herman de vries (moet met kleine letters geschreven worden), wier stijl geworteld is in het constructivisme. Dekkers’ kunst heeft een sterk formeel karakter en ziet er door de lichtinval ook steeds anders uit, de vries’ werk kenmerkt zich door geometrische composities. Evenals Gerco de Ruijter hanteert de  vries natuurlijke materialen als onderwerp in zijn tekeningen en collages.

13 14
Untitled 2001 80x80cm (l)
Untitled 2003 80x80cm (r)

Over kleuren en lichtinval praat de kunstenaar enthousiast. ‘Bewolking geeft vaak mooie, verzadigde kleuren, bij zonlicht bleken ze uit en krijg je een schittering op het water. Troebel water zorgt ook voor een mooie spiegeling. Al vliegerend let ik ook op de kleuren, zodat ik ze op foto’s zo natuurgetrouw kan weergeven’, zegt hij. Kleuren in zijn opnames kunnen de kijker overrompelen. Een wazige rode vlek op een foto boven de Grevelingen blijkt zeekraal in de nazomer te zijn die zich heeft vervloeid met het groen van het water. Witte vlekken tussen bomen zijn geen overgebleven sneeuwplekken, maar de uitwerpselen van vogels. Of wat een oranjekleurige verstuiving in een woestijn lijkt blijkt op de Maasvlakte te zijn geflitst. Laag zonlicht kan het reliëf in het landschap verhevigen. Groene, rode en bruine tinten contrasteren, maar kunnen ineens ook in elkaar vloeien, donkerrode vlakken lijken van een buitenaardse planeet te komen, maar duiden ertsafgravingen aan. De kunstenaar keert in verschillende jaargetijden dikwijls naar dezelfde plek terug: in de lente zien we het ontluikende groen subtiel overlopen in groenblauw water, in de herfst vervloeit de bronsbruine kleur van de bomen in een grijsgekleurde plas. Met het gekantelde perspectief, de zorgvuldige kadrering en de vierkante vorm roept zijn fotografie associaties op met de systematische ordening en minimalistische beeldtaal van abstracte schilderkunst. In zijn vrije werk ontbreken herkenningspunten als kerktorens en andere gebouwen, ze zijn te plaatsbepalend. Het perspectief werkt ook minder in een stedelijke omgeving, die hem te chaotisch is, te weinig vervreemdt en hem in zijn vrijheid van fotograferen beperkt.

2 16
Opname bij de Ackerdijkse plassen 29022016 (l)
Untitled 2000 80x80cm (r)

Tot de eeuwwisseling zocht Gerco de Ruijter het vooral dicht bij huis, waar hij zich meestal concentreerde op het vlakke polderlandschap in Zuid-Holland en Zeeland. Hij houdt zielsveel van de geordende lappendeken van ons land met zijn door prikkeldraad en sloten afgerasterde akkers, weilanden en recreatiegebieden, van het contrast daarin, de scheiding voor dieren en mensen. Een meer woeste natuur maakt de structuur van het land minder goed zichtbaar. Toch wilde De Ruijter ook andere landschappen afstruinen en zocht hij zijn heil verderop, in Dubai, IJsland en Indonesië. In de Verenigde Staten maakte hij roadtrips om de leegte van de southwest op te zoeken. Zo trok hij het kale woestijnlandschap van New Mexico in. Bekijk zijn Loop (2005) maar eens, die hij in White Sands opnam, een nationaal park met zandduinen van gipskristallen. Weinig of niets is er te zien, geen vegetatie die de schaal aangeeft, slechts zachte vlakken van gips. En dan blijkt niet het landschap, maar daglicht het onderwerp. In Loop bereikt Gerco de Ruijter de ultieme abstractie. In een andere serie, Flow, ontwaren we in New Mexico van bovenaf een miljoenen jaren oud, sterk door water verschrompeld en geërodeerd landschap. Vormen van erosie, de ene op de andere aardlaag, van groot naar klein, van kiezel naar zand en naar modder, vertellen de historie van dit ongerepte gebied. Dat hij in zo’n ‘maanlandschap’ zonder begroeiing in het zuidwesten van de VS ook een natuurlijke ordening herkende, fascineerde Gerco bovenmatig. Eenzelfde ordening die de mens in het gecultiveerde landschap aanbrengt, zoals de bomen in de kwekerijen van Boskoop – hij is daar een geziene gast – in volgorde van grootte gerangschikt staan. Zijn Amerikaanse werk oogt weliswaar monochroom, structuur en patronen ontbreken niet. Vliegeren in het mythische zuidwesten van de VS bleek overigens geen sinecure. Door de kracht van de vlieger die hij daar gebruikte, werd hij bijna een canyon in getrokken, zijn leven hing daar even aan een dun vliegerdraadje, vertelt hij me. Om zich terloops te laten ontvallen dat het ‘toch het allermooiste is als het met de wind net allemaal goed gaat’.

8 10.-Untitled-(Iceland)-2009-110x110cm
5 6
Untitled (Dubai) 2009 110x110cm (lb)
Untitled (Iceland) 2009 110x110cm (rb)
Loop #4 New Mexico 2005 15x15cm (lo)
Loop #16 New Mexico 2005 15x15cm (ro)

Na het gebruik van de eierwekker ging De Ruijter over op compactere camera’s met een automatisch transportmechanisme, intervaltimer en radiografisch bestuurbare sluiters, waarmee hij zelf het moment van afdrukken kon bepalen. Maar nog steeds gebruikt hij ook een simpeler model dat willekeurig afdrukt en waar zelfs nog een rolletje in moet. Hoe romantisch wil je het hebben in deze tijd van Google Earth. Sinds 2002 maakt hij tevens gebruik van een panoramacamera, waarvan de groothoeklens tijdens de opname draait, zodat een zo groot mogelijk oppervlak op beeld wordt vastgelegd. Eén foto maakt hij maar per keer. De kunstwerken die hieruit ontstaan wijken af van het vierkante formaat. Doorgaans bemeten die een staand of liggend formaat, een deel is zelfs manshoog, zodat de bolling van de aarde wel eens zichtbaar lijkt. Het is goed te zien in de serie over Ypenburg en in Er zijn grenzen, die hij in 2005 op zestien plaatsen langs de Nederlandse grens maakte. Door grenselementen in het landschap op te diepen slaagde hij er ook in het abstracte begrip grens zichtbaar te maken. Heel af en toe gaat er ook een filmcamera aan zijn vlieger mee en filmt hij liggend op de grond de omgekeerde kijkrichting. Op die manier registreerde hij in het filmpje Skyline (1996) bewegende patronen, achterblijvende sporen van vliegverkeer, in een geraffineerd gemonteerde reeks verwaaide wolkenflarden en voorbijschietende diagonalen. Schilderen zoals vroeger, met de camera.

15 17
Untitled 2005 80x80cm (l)
Untitled 2008 110x110cm (r)

Speuren naar locaties in een bepaald gebied is het meest wezenlijke onderdeel in De Ruijters kunst. Alvorens dat aan de orde is bestudeert hij de weersverwachting, vooral de windrichting en zonneschijn, regenen mag het niet. ‘Pas bij een lekker windje trek ik erop uit’, zegt hij. Niet zelden moet hij geruime tijd op wind wachten, en ter plekke de windkracht bepalen om te weten welke vlieger hij moet gebruiken. Zijn grootste bemeet negen vierkante meter. Een afspraak om een dagje met de kunstenaar op pad te gaan is geheel afhankelijk van de weersverwachting, en dan moet die ook nog eens in de agenda passen. Het heeft enige tijd geduurd, maar nu is daar de dag dat ik Gerco eindelijk op een vliegertocht kan vergezellen. (Doorgaans heeft hij het niet zo op meekijkers, die hem maar afleiden; het ervaren van de natuur doet hij het liefst in z’n uppie.) Op een koude, zonnige dag tuffen we naar de Biesbosch, vliegers en camera’s netjes achter in zijn oude campertje. Op een grasveldje is de vlieger in een oogwenk uitgeklapt en aan de grondschroef vastgezet, maar de voorspelde bries laat het vandaag geheel afweten. De vlieger met de zware katrol moet hij al snel opbergen, in plaats daarvan gaat een tien meter lange hengel mee, met in het topje de camera met automatische tijdinstelling. Op oude bergschoenen schuimen we het landschap af, over zompige paden speurend naar contrasten in het landschap: bevroren slootjes tussen knotwilgen, voren in akkers, ineengeschrompelde, verweerde bladeren tussen laag struikgewas, of in de wind meedeinende wilgen. Altijd moet er een zekere natuurlijke ordening zijn. Samengebonden wilgentakken die op transport liggen zijn niet interessant om te vangen, daar zijn te veel mensenhanden aan te pas gekomen. Helaas, de vangst is karig vandaag, Gerco maalt er niet zo om: ‘bedrijfsrisico’ van de fotograaf. Maar wie weet duikt er later bij verrassing alsnog een bruikbare opname op. Een week later gaan we op herhaling, deze keer bij de Ackerdijkse plassen. Zon en wolken wisselen elkaar af. En niet onbelangrijk, er staat een lekker briesje. In dit natuurgebied huist een kolonie aalscholvers, ze broeden hoog in de bomen. Hun uitwerpselen zou je als vreemde witte vlekken in de opnames moeten kunnen terugzien. Nu gaat een digitale camera de lucht in, die iedere dertig seconden een opname maakt. Handig, aan de hand van de belichting pakt die automatisch een andere sluitertijd. Hoewel de wind af en toe wegvalt, weet de kunstenaar met tweehonderd meter lijn op zijn katrol de camera precies boven de aalscholvers te krijgen. Op het ernaast gelegen fietspad kan hij bij deze windvlagen gemakkelijk op en neer lopen om de vlieger in te halen of te laten vieren. Tijdens het vliegeren denkt hij voortdurend na over de keuzes die hij moet maken, ook die alleen in zijn verbeelding bestaan. Af en toe stopt een fietser die vraagt of dit werk voor de wetenschap is. Enkele dagen later stuurt Gerco me enkele geslaagde foto’s, geschikt om te onthoeken, uit te vergroten en er uitsnedes van te maken. En warempel, bij het inzoomen op een ervan ontwaar ik deze blogger zelf, een selfie vanuit de lucht. Ofschoon die nooit in een nieuw boek of op een tentoonstelling van Gerco de Ruijter zal opduiken, koester ik hem als een originele profielfoto.

22 1
Gerco aan het werk 17022016 (foto mm) (l)
Selfie van deze blogger bij de Ackerdijkse plassen 29022016 (r)

Het kon niet uitblijven: Google Earth. Sinds kort maakt Gerco de Ruijter er gebruik van. Met de animatiefilms Crops (2012) en Playground (2014) introduceerde Gerco andere dimensies zoals beweging en geluid in zijn werk, een nieuwe stap in zijn verdere ontwikkeling. Via Google Earth verzamelde hij voor Playground footballvelden in de VS, die hij vervolgens in een beeldenreeks achter elkaar monteerde. Aanzwellend helikoptergeluid begeleidt de razendsnel voorbijschietende beelden, waarop veldlijnen en symbolen van sportclubs opdoemen. Het resultaat is verbluffend, onmiskenbaar Amerikaans ook. Ook Crops is zo’n dynamische animatie met ronddraaiende beelden van tweeduizend percelen met cirkelirrigatie in het zuidwesten van de VS. Ook die stills viste hij bij Google Earth op. Hij sneed ze uit en maakte er een hypnotiserende stop-motionvideo van, waarin de irrigatiearmen als wijzers van een klok in het rond verschuiven. Al naar gelang het seizoen en het soort gewas zie je de kleur in deze beweeglijke film veranderen, waarbij het dynamische effect wordt versterkt door het elektronische geluidskunstwerk van Michel Banabila. Afzonderlijke cirkels heeft De Ruijter tevens in fotografische beelden gemonteerd, die een rijkdom aan details prijsgeven. Met de introductie van video ontwikkelt zijn oeuvre zich in een nieuwe richting.

18 21
Untitled 2014 110x110cm (l)
Vlieger met camera 29022016 (foto mm) (r)

Een kunstenaar die zich door de natuur laat inspireren, moet er regelmatig op uit trekken. Binnen afzienbare tijd hoopt De Ruijter als landschapsverkenner op de Veluwe aan de gang te gaan. De Veluwe, hij keek er tien jaar geleden nog bedenkelijk bij toen iemand het opperde. Dennenbossen waren hem te statisch en ‘praktisch gezien kun je een vlieger trouwens niet in een bos oplaten’, zegt hij. Maar nu het voormalige militaire vliegveld Deelen in onbruik is geraakt, biedt dat mogelijkheden. De Veluwe is bij uitstek een grensgebied tussen natuur- en cultuurlandschap, een mix van natuurlijke en menselijke ordening. Voor De Ruijter een uitdaging om dit landschap – bij voorkeur ’s winters, met sneeuw bedekt – vanuit perspectief te isoleren. En hij zoekt nieuwe landschappen in het buitenland. Dit jaar nog trekt hij naar Spanje, waar hij pal aan de Middellandse Zee een kassengebied ontdekte. De kust loopt met veel reliëf langs de hoogtelijnen van het berggebied mee en verenigt zich met een luisterrijk landschap van plastic kassen. Die gaan in zijn beelden voor een veel grilliger verloop zorgen. Aan die Costa de Plastica zal hij niet snel een constructivistische vorm aantreffen. Zo kan Gerco nauwkeurig onderzoeken of hij in zijn geometrische abstractie een meer organische vorm terug kan krijgen. Een resultaat dat hij eerder in Indonesië bereikte, waar de rijstvelden zich tegen de bergen aanvlijen. Wellicht zal hij zich geleidelijk van die vorm ontdoen. Naar zijn zeggen zouden de grenzen daarvan langzamerhand wel eens in zicht kunnen komen.

20.-B.S
B.S. 2011 39x120cm

Gerco de Ruijter is een kunstenaar die de natuur moet beleven om tot zijn kunst te komen. Rust, stilte en afzondering zijn hem dierbaar. Zijn houding straalt de vrijheid van de oude landschapsschilder uit, die met ezel en schetsboek de natuur in trok, met dit verschil dat De Ruijter de constructieve wereld onder de natuur op spannende wijze blootlegt. En daarmee voor de aandachtige beschouwer de grid van kleur en textuur veel ongrijpbaarder maakt. Schilderen en tekenen lijken er niet meer in te zitten. Laat hem ons vooral maar die raadselachtige, ongemanipuleerde abstractie van natuurlijke landschappen blijven voorspiegelen. Die is schilderkunstig genoeg en blijft eindeloos verrassen.

Vanaf 9 april a.s. is het werk van Gerco de Ruijter te zien in Museum Panorama Mesdag. Hij exposeert er samen met de Haagse kunstenaars Zeger Reyers en Pietertje van Splunter.

Geraadpleegde bronnen, waaruit is geciteerd:

  • Lien Heyting, ‘Jaloers op die duif’. In: NRC Handelsblad, 24 april 2004.
  • Petran Kockelkoren (tekst), Gerco de Ruijter. Amsterdam: Basalt, 2004
  • Joyce Roodnat & Gerco de Ruijter, Er zijn grenzen. Gerco de Ruijter met wandelverhalen van Joyce Roodnat. Rotterdam: Belasting & Douane Museum, 2007.
  • Gerco de Ruijter, Landing Soon # 4. Gerco de Ruijter. Den Haag: Heden, 2007.
  • Gerco de Ruijter, Dirk van Weelden & Kelly Gordon, Almost Nature. Eindhoven: Lecturis, 2016.

2 reacties

  1. Schitterend, Michiel. Op FB vond ik jouw nieuwe foto-omslag al heel intrigerend. Ergens heb ik de aankondiging van de expositie zien passeren. Dank voor je mooie blog, ik ga zijn werk beslist zien. Groet, Hans

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *